dinsdag 22 maart 2011

Het voorjaar, het voorjaar!

Het is nog fris als ik met de Quest zonder racekap naar Kees van Hattem in 'De Waard' rij. Het rijden voelt stroperig aan, er komt gewoon geen gang in. Als ik even wat vergelijkingen trek met zondag blijkt dat de racekap tegen wind goed is voor een zeker 4 tot 5 km/u hogere snelheid. Geen probleem en het cabrio rijden is ook wel weer leuk.
Kees staat al klaar voor een Le Mans start en we rijden direct door naar Middenmeer. Het zonnetje schijnt volop, reden waarom ik me dit jaar voor het eerst weer tegen zonnebrand wapen met factor 60. Bij Pé thuis zit Jan Geel al aan de koffie en wij schuiven graag aan.
Als ik vraag waar we heen gaan, blijven de mannen een beetje vaag. Het wordt dus een verrassingstocht. De natuur in de prachtige Wieringermeer ontluikt overal. Krokussen staan volop in bloei en ik maak een paar foto's. Aan de andere kant van de weg worden volautomatisch bollen geplant op één meter brede bedden. Mooi om te zien hoe de bollenplantmachine een nieuw plantbed graaft, de bollen plant en tegelijkertijd het zand naar het naastgelegen al beplantte bed transporteert.
Via het Amstelmeer koersen we op Den Helder af. Door de omleiding i.v.m. de reparatie van de brug in de toegang naar Den Helder rijden we letterlijk door het winkelhart van de marinestad. Een omleiding brengt ons op het museumcomplex van de Marine. Kris kras rijden we tussen de museumschepen als bijv. het ramschip Schorpioen. Ik vind een uitgang en we staan even later naast de veerboot Dr. Wagenmaker die juist vertrekt naar Texel. 'Maar waar is Kees?' Kees heeft de aansluiting gemist en is weer terug gereden naar de ingang van het marinecomplex. Als we weer gegroepeerd zijn eten we een broodje en rijden de buitenkant van de zeedijk op. Er duikt een zeehond naast me op en ik stop om hem te fotograferen. Het beest laat zich niet meer zien en ik zet de achtervolging in. Lijkt de dijk bij snelheden van rond 30 km/u een redelijk vlakke piste, bij 50 km/u komt de ware aard van de dijk aan het licht. Het is niet meer dan een wasbord waarop de Quest heftig beweegt.
Wij rijden de duinen in en gaan ons te buiten aan klimmen en dalen, onderwijl honderden bochten aansnijdend. De wind is nu achterlijk en er kan een jas uit. In Callantsoog trakteert Pé op koffie met wat lekkers. Voor we zitten krijgen we een scheldpartij te verduren van een vrouwelijke skeeler. Even eerder zijn we met nogal wat moeite langs mevrouw gereden. Houden skeelers na een toeter even de benen stil, deze mevrouw toont zich doof en houdt het hele fietspad met ferme slagen in beslag. Ze scheldt ons uit voor 'a-sociaal'. Als we verhaal halen en zeggen dat we echt heel vaak hebben getoeterd, zegt het wicht dat ze doof is en net nog een oor operatie heeft ondergaan. Kees reageert adrem 'een blinde gaat toch ook geen auto besturen'. Of ze dat heeft verstaan valt te betwijfelen.
Door de prachtige duinen bij Schoorl kruisen we het Noord-Hollands kanaal bij Schoorldam. Daar gaan Pé en Jan linksaf en Kees en ik koersen naar Alkmaar. Bij Ranzijn scheiden onze wegen en ik begin aan de laatste 10 kilometer naar De Woude.
Thuisgekomen even onder douche en dan ... val ik in diepe slaap. Een hele dag met het hoofd in de wind maakt me voor het eerst weer 'rozig'. Als ik wakker word is het avondeten klaar en kan ik nog net vaststellen dat Kees en Pé hun weblog voor vandaag al bijgewerkt hebben.
Prachtige rit van 143 km.