zaterdag 4 april 2015

Rondje Texel 2015


 'De morgenstond heeft goud in de mond'. Precies die spreuk komt in me op als ik vanmorgen om half acht de Quest instap voor het jaarlijkse Rondje Texel. Boven de vers geploegde klei van de Schermer laat het weer zich eindelijk van zijn beste kant zien. Ik vergeet snel dat ik door de aanhoudende harde wind van de laatste week niet heb gefietst. Het is vrijwel windstil en het ritje naar de woonstee van Matthijs Leegwater in Twisk, 37 km in totaal, is in vijf kwartier onder de wielen doorgegleden.


Als ik om kwart voor negen bij Matthijs binnenstap zitten er al elf mederijders. De fietsen, één Strada, negen Questen en de groene DF XL van Ymte staan keurig in het gelid. Matthijs, enthousiast en blij als altijd, komt naar buiten om me te verwelkomen. De koffie en de cake smaken prima. Even na negenen is het opstaan en vertrekken naar de veerboot in Den Helder.


De route naar de veerboot is comfortabel, dit keer niet langs de smalle en slechte fietspaden door de Wieringermeer maar langs de buitenzijde van de polder. Onderweg zien we een blauwe Quest, de fiets van Rob Ruitenbeek. Hij sluit aan en we koersen naar de veerboot. Gelukkig worden velomobielen hier zonder meer als fietsen gezien en voor een hele 5 euro gaan we heen en weer naar Texel.


Bij de ferry zien we de rose Quest van de Muis, Yvonne van der Stok. Ook Ron Dekker, Martin Merkelbag en André Dronkers met zijn open trike gaan mee naar de overkant. André rijdt een stukje met ons mee en gaat daarna een eigen ritje op het eiland maken.


Ik fiets een stukje vooruit om vanaf de kruin van de dijk een paar foto's te maken.  Op de foto is de jachthaven van Oudeschild te zien. Nog verder in de achtergrond is aan de overkant van het Marsdiep de marinehaven zichtbaar. Natuurlijk stap ik in de gifgroene schapenstront en heb dat pas in de gaten als ik terug bij de veerboot ben. 


In tegenstelling tot vorige jaren rijdt de groep lekker door. Met 8 gr. C is het fris maar onder de racekap is het heel comfortabel. Het is zonder meer genieten hier te kunnen rijden. Het open landschap en de rust zijn weldadig. De duizenden vogels zijn een feest om naar te kijken.


Beurtelings rijdt de groep het ene moment buitendijks, het andere moment weer binnendijks. De afwisseling is fantastisch. Martin Merkelbag kent het eiland als zijn broekzak en gaat ons voor op een  route door de binnenlanden en kleine dorpjes op het grootste waddeneiland.


Al van ver is de rode vuurtoren van Eierland te zien, al 150 jaar een monumentaal baken voor de scheepvaart. GPS heeft de functie van vrijwel alle vuurtorens overbodig gemaakt. Voor ons als noordelijkste puntje van Texel blijft het wel een baken. Aan de voet van de vuurtoren genieten we van de bekende lekkernijen. Voor vrijwel iedereen is appeltaart met slagroom, naast chocolademelk of koffie, een onvermijdelijk ingrediënt. 






Na de pauze verzamelen we op een plek met de vuurtoren in de achtergrond. Dit is de ideale plek om de estafettering, ik heb deze eerder van George Krug thuis in De Woude ontvangen, over te dragen aan Matthijs Leegwater. Dit moet voor de argeloze toeschouwer wel een vreemd gezicht zijn.

Dan gaat de rit verder in zuidelijke richting. Het fietspad golft door de duinen en is deels voorzien van nieuwe betonplaten. Dit is heerlijk rijden. Hadden we op de heenweg de zwakke wind in de rug, nu is dat weer het geval. Door de duinen wordt steevast flink doorgereden, reden voor vrijwel alle tegemoet komende fietsers om maar even te wachten tot die vreemde kleurige sliert zonderlingen voorbij is.




Bij de veerboot is er voldoende tijd om een broodje te eten en wat te kletsen. Bij het aan boord gaan van de Dokter Wagenmaker, zo heet de grootste veerboot van de TESO, is het altijd goed opletten om de haakse bochten goed te passeren. Zo'n groot schip en dan zulke rare scherpe bochten, wie heeft deze ergonomische draak op zijn geweten?

Ik ga rechtstreeks langs het Noord-Hollands kanaal naar huis. Rob Ruitenbeek moet nog naar Nieuwegein rijden en gaat in mijn kielzog mee door Noord-Holland. We rijden om half vier van de pont af. We hebben de zwakke wind in de rug en met snelheden van 43 tot 48 km/u gaat het heel snel. Rob is een grote sterke veelfietser en hij kan het tempo prima bijhouden.

Al om 17.00 uur, anderhalf uur na vertrek uit Den Helder, sta ik voor de pont van het eiland De Woude, met recht een snelle tocht van eiland naar eiland. 188 heerlijke kilometers staan op de Cateye. Matthijs, hartelijk dank voor de ontvangst en de vlekkeloze organisatie van deze mooie tocht. Volgend jaar weer.